“Kunst is mijn passie, maar ik heb er nooit mijn beroep van willen maken”

21 maart 2024

Ook Wim Plijnaar is op jonge leeftijd helemaal onderaan bij Hotel Mitland begonnen. Al zo’n 45 jaar is hij er actief, waarvan
hij het grootste deel verantwoordelijk was voor personeelszaken en de inrichting van het hotel. Nu werkt hij er wekelijks nog 10 tot 20 uur. Want er moet genoeg tijd overblijven voor de passies die hij deelt met zijn vrouw Liesbeth: kunst en cultuur, zowel passief genietend als actief beoefenend.

Aan zijn huis in Langbroek heeft Wim een ruim atelier laten bouwen, waar hij als scheppend kunstenaar zijn liefde voor het schilderen en beeldhouwen kan botvieren. Beide kunstvormen zijn late roepingen geweest in het leven van de jongste van de broers Plijnaar. “Maar mijn hele leven ben ik al creatief geweest”, vertelt Wim. “Ik wilde altijd alles leren, wilde van mijn moeder van alles weten over koken en bakken, was altijd bezig met nieuwe creaties voor mijn kamer, acht jaar heb ik piano en zangles gehad en zat ik op een koor.”

Van Wijnhoven, Scrolla en Roos
Zo’n 15 jaar geleden kreeg Wim van een goede vriendin boetseerlessen aangeboden bij kunstenares Lea van Wijnhoven. Vanaf toen is zijn passie weer tot leven gekomen en creëerde hij onder meer zijn collectie ‘Carnaval des animaux’, grote ronde minimalistische dieren van klei, bijzonder glazuur en bladgoud. Tijdens een vakantie ontdekten Wim en Liesbeth het werk van de Spaanse schilder Joaquin Sorolla. Na die ‘ontdekking’ sloeg Wim aan het schilderen en ontwikkelde hij zich in deze kunstvorm. “En een aantal jaren geleden zagen we in een restaurant een beeld van Eddy Roos, een grootheid in de Nederlandse beeldhouwkunst”, herinnert Wim zich nog goed. “Dat vonden we prachtig en ik heb hem brutaalweg gebeld of ik een masterclass bij hem kon volgen. Op een gegeven moment waren we welkom en hebben een week lang een workshop bij hem in Uithuizen gevolgd. We zaten daar samen met allemaal mensen die de kunstacademie hadden gedaan, maar we hebben ons er geloof ik wel aardig doorheen geslagen.” En dus is Wim sindsdien niet alleen als schilder, maar ook als beeldhouwer actief en productief.

‘Kamerjongen’
Dan zag zijn leven er als veertienjarige heel anders uit. “Ja, toen begon de bowling en moest ik natuurlijk ook helpen”, vertelt Wim. “Afwassen, helpen in de keuken, toiletten schoonmaken en later achter de schoenenbar in de bowling. En net als mijn broers heb ik ook achter de receptie gestaan. We hebben alle facetten van het bedrijf leren kennen.” Op zijn 19e verdween hij voor een paar maanden naar Parijs, waar hij in een hotel als ‘kamerjongen’ werkte en passant de Franse taal leerde. Na terugkeer kwam Wim echt in het familiebedrijf. “Dat breidde steeds verder uit”, zegt hij. “In het begin deden we alles zelf, maar door die groei hadden we steeds meer personeel nodig. We ontwikkelden ons allemaal in het bedrijf en zo kreeg ik op een zeker moment personeelszaken en later is daar de inrichting bijgekomen.” Dat personeelswerk was intensief, heeft Wim ervaren. “Op een gegeven moment hadden we meer dan 200 mensen in dienst en voor hen ben je een soort maatschappelijk werker. Dat is niet erg, want je moet er voor je mensen zijn en dat wilde ik ook. En ja, dan gaat de telefoon weleens op zaterdagmorgen en is er iemand met een probleem. Maar ach, ik heb het met enorm veel plezier gedaan en uiteindelijk is het altijd wel goed gegaan. Vlak voor corona vond ik het echter welletjes en heb ik personeelszaken overgedaan.”

‘50 jaar lief en leed
Maar nu ook alweer zo’n 30 jaar is Wim verantwoordelijk voor de inrichting en vormgeving van het bedrijf; bij de uitbreidingen, de start van het restaurant, de diverse aanpassingen
in de loop der jaren en niet te vergeten: de vier themasuites die Hotel Mitland heeft. “Ideeën deed ik vaak op op beurzen in het buitenland en ik heb overal spullen vandaan gehaald. Maar ook uit tweedehands winkels, van Marktplaats en voor de Oude Hollandse Meesters Suite heb ik zelfs een Perzisch vloerkleed van mijn moeder gebruikt. En ik heb veel zelf ontworpen, zoals het tweepersoons klompenbed en de tulpenlampen voor de Holland Design Suite.” Alle creativiteit ten spijt, Wim heeft nooit serieus overwogen van de kunst zijn hoofdberoep te maken. “Dat hoefde gelukkig ook niet”, zegt hij. “Veel belangrijker is dat we als broers nu al zo’n 50 jaar samenwerken. Op basis van wederzijds vertrouwen heb ben we altijd lief en leed gedeeld. En dat doen we nog steeds met plezier. Dat is toch uniek?”